Kveð eg grund, sem kærst er mér
Vaarwel mijn land dat me het dierbaarst is
Undína, 1873
Arborg, Siglavik, Markland, Selkirk en het stedelijk centrum Gimli1 – een reeks plaatsnamen met onmiskenbare IJslandse couleur locale. Maar dan wel een stukje IJsland in Canada. Nee, niet de topografische voetafdruk van de spectaculaire expeditie van de Vikingen die rond het jaar 1000 hun kampementen in Newfoundland opsloegen.2 Het betreft een gebied dat een stuk landinwaarts is gelegen, langs de westkust van Lake Winnipeg. Het herinnert aan de emigratiegolf vanuit IJsland aan het eind van de negentiende eeuw door ‘push en pull’ factoren die ook elders in Europa hordes uitwijkelingen naar het land van de belofte hadden gedreven: economische malaise, werkeloosheid, mislukte oogsten, honger. Voor IJsland gold bovendien een tekort aan geschikte grond voor nieuwe boerenbedrijven, mede door een recente vulkaanuitbarsting. In 1870 koos een handvol jonge IJslanders dan ook het ruime sop op zoek naar emplooi.
Lees verder